Thema: Vallende bladeren
Bomen wuiven naar de ondergaande zon
Op een avond in oktober in m’n korte pantalon
De einder staat in brand, is gehuld in rode gloed
De herfst raast door m’n hoofd en door m’n bloed.
Beuk, berk, eik, els en kastanje
Najaar kleurt blad bruin, geel en oranje
De oudewijvenzomer is ingetreden
Groen behoort even tot het verleden.
Een depressie jaagt wolken op de vlucht
De wind speelt het spel, een klucht in de lucht
Bomen worden kaal, de herfst maakt heel wat los
Ritmisch ritselen vallende bladeren door het bos.
Thema: ‘Il Dolce Far Niente’, ‘Het zalige, zoete nietsdoen’.
Ons leven is jachtig, dat is zeker geen grapje
Nemen niet de tijd voor het broodnodige napje
Eten, bidden, liefhebben, het moet allemaal snel
Mag geen tijd verliezen, da’s geen kinderspel.
Doe een stapje naar voren, doe een stapje opzij
Sta al lang te wachten in een veel te lange rij
Is efficiency ver te zoeken, volgt geduldig wachten
Sta te dromen, kom tot rust, orden mijn gedachten.
Il Dolce Far niente, ‘k zitte dagen veur de tente
Mit Wein, Weiber und Gesang op mien luie krente
Het jachtige lèèven en de hoast oaverwonnen
‘t Zalige, zeute nietsdooen is vandage begonnen.
Thema: Verbinding
Verbinding
Waarom zou ik verbinden?
Laat me zoeken en vinden
Hoor vaak alleen maar gekerm
Dooddoener, marketingterm.
Liever niet polariseren
Laten we daar wat van leren
Vrij denken zonder erkenning
Losse eindjes zonder verbinding.
Geef de samenleving meer lucht
Ook als iemand wat vaker zucht
Samen leven zonder te krenken
Verbind met zij die anders denken.
Thema: Dromen
Woest was de zee en hoog de golven
Onder bakken water bedolven
De regen striemde recht in m’n gezicht
In de verte scheen het havenlicht.
Dikke bulten, builen en butsen
Liep ik op van’t hevige klutsen
Heel de nacht m’n mannetje gestaan
Het leven op zee, wat een bestaan.
Maakte een wending, ging overstag
Deze nacht maakte plaats voor de dag
Werd plots wakker, liet van angst een scheet
Klotsende oksels, badend in ‘t zweet.
Uit de overlevering van tachtig jaar geleden kennen we de verhalen van mensen die zeiden:
“In de oorlog zaten we vijf jaar ondergedoken maar konden leven met ons lijden”
Tachtig jaar later ging door een virus de wereld op slot, maar mensen waren niet van huis ,en haard verdreven
Doch hadden we door het virus der eenzaamheid slechts korte tijd een naargeestig leven.
‘t Zwerk toont ons d’r luchten
Hoor de lentebries zuchten
Door het bos en ‘t struweel
Kleurt ‘t lover okergeel.
Waar sneeuwklokjes wiegen
Zwermen insecten vliegen
Op het ritme van de wind
Speelt en danst een kind.
Het koolmeesje scharrelt
‘n Donzen veertje dwarrelt
‘t Laatste blaadje gevallen
De lente toont haar ballen.
Op jonge leeftijd reeds een groot rebel
Wie kende hem niet, zijn naam was Pietje Bell
Wat hij presteerde was werkelijk niet te geloven
In Rotterdam stond heel de buurt ondersteboven.
Notoire dwarsliggers deugen nergens voor
Gedijen het beste bij NS onder het spoor
Ze weten de zaak steeds weer te frustreren
Blijven qua fatsoen op het randje balanceren.
Wat telt is de vraag: “Waar stond je wiegie?”
Aan de kant van ‘t kapitaal, politiek of religie
Macht uitbreiden en het volk laten creperen
Imperialisme is wat hoort bij de hoge heren.
Sociaal gezien alle kranen dichtgedraaid
En ‘t volk voor de zoveelste keer genaaid
Dan gaat het gepeupel op de barricaden
En wil men geen woorden meer maar daden.
Oh Dennenboom, Oh Dennenboom
Je takken waren wonderschoon
Ik heb je laatst in 't bos zien staan
Toen zaten er nog naalden aan
Oh Dennenboom, Oh Dennenboom
Je takken waren wonderschoon
Oh Dennenboom, Oh Dennenboom
Met droogte overgoten
Ik heb je laatst voor het raam zien staan
Je kluit was naar de kloten
Oh Dennenboom, Oh Dennenboom
Met droogte overgoten.
Oh Dennenboom, Oh Dennenboom
Met een dood vogeltje op je tak
Foute ballen tussen ’t engelenhaar
Gekleurde lampjes, een piek die brak
Oh Dennenboom, Oh Dennenboom
Met een dood vogeltje op je tak.
Oh Dennenboom, Oh Dennenboom
Laat ze er toch mee kappen
Jouw schoonheid zit in de natuur
Laat je niet langer de grond in trappen
Oh Dennenboom, Oh Dennenboom
Laat ze er toch mee kappen.
Hoe mot dat dan, inspireren?
Waar kun je dat in Godesnaam leren?
Uit een doos, een boek of steen?
Het voelde als een blok aan m’n been.
Eerst moest je je chakra’s reinigen
Daarna je geest laten pijnigen
Daardoor raakte mijn innerlijke balans verstoord
Het voelde als jongleren op een te slap koord.
Waar was mijn bezieling gebleven?
Gisteren, had ik het nog even
Was mijn dichtader in rust
en mijn dichtvuur geblust?
Energie voelde als water dragen naar de zee
Het vuur in je opporren, maar waarmee?
Yoga, Palo Santo of Koshwindgongen
Ademde ik wel diep genoeg over m’n longen?
Of moest ik aan de coke, de spuit of aan de weet
Ergo: in de koelkast lag d’ inspiratie in’t verschiet
Met zoveel moois aan spiritualiën in zicht
was het inspiratiegat dan ook snel gedicht.
Liefde is als een ballon zo poreus
Behandel haar voorzichtig en gracieus
Ook al zit je wel eens te tandenknarsen
Blaas haar op, laat haar niet barsten.
We lopen soms wat te pruttelen en knarsetanden
Heb ik je even niet lief, toch draag ik je op handen
Al is de felheid wat minder bij het geven van een zoen
Wanneer ik vergeten ben mijn gebit in te doen.
Oh lieve schat, oh lieve schat
Je stoel rolt heel de dag
Maar lieve schat, maar lieve schat
Ik geniet zo van je schaterlach.
Oh lieve schat, oh lieve schat
Hoezeer ik je wil drukken
Maar lieve schat, maar lieve schat
Jammer genoeg loop ik nu op krukken
Oh lieve schat, oh lieve schat
Vroeger duwde ik je heen en weer terug
Maar lieve schat, maar lieve schat
Jammer, nu heb ik het ook nog in mijn rug
Oh lieve schat, oh lieve schat
Je mag er nog steeds wezen
Maar lieve schat, maar lieve schat
Jammer, van mijn knieprothese.
Oh lieve schat, oh lieve schat
Ik zie je zitten, maar wordt een beetje blind
Maar lieve schat, maar lieve schat
Er waait echt geen andere wind
Oh lieve schat, oh lieve schat
Het gaat wat slechter met je gehoor
Maar lieve schat, maar lieve schat
Fluister lieve woordjes steeds harder in je oor.
IK HOU VAN JOU !!!
De meeuw scheerde in glijvlucht over zee
Gespreide vleugels, windje mee
Vloog in Scheveningen over de visafslag
Keek omlaag en zei: “Nu terug naar de orde van de dag”.
De alcoholist had welgeteld
Slechts vijf euro aan statiegeld
Toen hij dat geld zo zag
Dachtie, nu terug naar de orde van de dag.
Een terrorist lag aan het strand vrij ongestoord
En dacht, heb vandaag nog niemand vermoord
Hij bedacht een plan terwijl hij daar zo lag
En ging zo terug naar de orde van de dag.
Terwijl de badgast rustig zat
Parasolletje, biertje, zak patat
Werd er ineens geschoten, ongehoord
De orde van de dag werd bruut verstoord.
Bron: Tekst Welmoed Vlieger Freelance docente Filosofie UvA
Het subject als ontmoetingspunt Ger Groot, bijzonder hoogleraar literatuur en filosofie aan de universiteit van Nijmegen, onderzoekt in zijn magistrale boekje Vergeten te bestaan – Echte fictie en het fictieve ik nauwkeurig de grens tussen fictie en werkelijkheid.[2] Hij stelt dat wanneer we dit onderzoek op een meer logische, objectieve manier uitvoeren, het antwoord vrij simpel is: fictie en werkelijkheid zijn elkaars tegengestelden, ze sluiten elkaar uit. Met andere woorden: iets is óf werkelijkheid, óf fictie. Fictie en werkelijkheid zijn vanuit dit rationele perspectief dus twee strikt gescheiden werelden. Sterker nog: fictie wordt veelal gedefinieerd als negatie van de werkelijkheid – als iets dat onwerkelijk is. Hierdoor krijgt de fictionele werkelijkheid feitelijk dus een inferieure status ten opzichte van de empirische werkelijkheid. Naar Ger Groot Hoewel we heel goed weten dat wat wij lezen fictie is, oftewel, niet op werkelijke of waargebeurde feiten gebaseerd maar ontsproten aan de fantasie van de auteur, gaan we volledig op in de wereld die zich, zoals Ger Groot dat zo mooi zegt, ‘ voor ons lezend oog ontvouwt’.
Men zegt ‘zien is geloven’
Fictie aan de kant geschoven
Geloof, fictie of werkelijkheid
Een waas van geheimzinnigheid.
Bij het lezen door fictie meegevoerd
Omdat het verhaal zo ontroerd
Hoe mooi, empathisch beschouwd
Wat zich voor het lezend oog ontvouwt.
Kerkvaders lieten zich ontroeren
En in gedachten door Hem ontvoeren
Bij het lezen van het Heilige Schrift gingen zij
In vervoering aan de werkelijkheid voorbij.
Beleefdheid, respect en fatsoen
Vroeger paste een ieder deze schoen
Draai om je oren, klap voor je kont
Je leerde luisteren en hield je mond.
Andere culturen melden zich ongevraagd
Stoelpoten der democratie worden doorgezaagd
Nederland, waar minderheden de meerderheid vormen
Het land proberen te zetten naar eigen waarden en normen.
Gevochten voor onze rechtern, er zelfs voor gestaakt
Samen met gastarbeiders Nederland groot gemaakt
Gelukszoekers anno nu hebben een heel groot mondje
en de meesten ook nog eens een erg kort lontje.
Mens durft te leven
Al was het maar voor even
Hangoren, prutlip of ongeschoren
Je bent niet voor niets geboren.
Leven zonder boekje, leven zonder leer
Leg alles eens naast je neer
De Heer heeft ook jou geschapen
Je hoeft het alleen maar op te rapen
Hoe lang voel je je al rot
Hoe lang zit je kast al op slot
Breek met het verleden
Adem in, adem in het heden.
Meest recente reacties
15.11 | 19:57
Hoi Marion, lees nu pas je bericht. Sorry beetje laat. Ben je inmiddels voorzien? Laat het even weten. Groet Fredde
02.09 | 10:20
Ik wil graag 2 exemplaren van je bijzondere boek...niet meer bij Bruna of Primera...
19.09 | 08:39
Dank voor je reactie. Dat klopt inderdaad. Met wie heb ik het genoegen?
18.09 | 15:28
Ben jij Freddy die vroeger trompet speelde bij de Deventer PTTfanfare? En was jouw vader havenmeester? Dan graag contact!
Deel deze pagina